Amsterdam

Verordening vergoeding deelraadsleden

Initiatiefvoorstel deelraadslid Leen Beukelaar voor Verordening vergoeding
deelraadsleden Oud-West met een aanvullende regeling voor raadsleden met een arbeidsongeschiktheidsuitkering

Samenvatting
(Deel-)raadsleden ontvangen op grond van het Rechtspositiebesluit raads- en
commissieleden een vergoeding voor werkzaamheden en een onkostenvergoeding.

In maart 2006 is de motie Slob aangenomen door de Tweede Kamer. Deze motie
riep op de regelgeving zodanig aan te passen dat een raadslid dat WAO-gerechtigd is, geen financieel nadeel ondervindt van zijn inkomsten als raadslid. Als gevolg van deze motie is er een derde lid toegevoegd aan artikel 12 van het
Rechtspositiebesluit. Dit derde lid staat de raad toe om bij verordening te bepalen dat de vergoeding voor werkzaamheden (niet de onkostenvergoeding) voor individuele raadsleden die een WAO-uitkering ontvangen op verzoek van het desbetreffende raadslid kan worden verlaagd. Dit om te voorkomen dat mensen die het raadslidmaatschap aanvaarden er door de korting van hun uitkering (die hoger kan uitvallen dan de vergoeding die ze als raadslid ontvangen) financieel op achteruit gaan. Voorheen was een verlaging van de vergoeding wettelijk niet mogelijk.

Oud-West had nog geen verordening voor vergoeding van raadsleden. Dit was ook niet nodig, omdat de uitbetaling plaatsvond op basis van het Rechtspositiebesluit en er in Oud-West geen aanvullende regelingen voor raadsleden waren vastgesteld. Nu er een aanvullende regeling wordt voorgesteld, is het nodig deze per verordening door de raad te laten vaststellen. De artikelen 1 en 2 uit de voorliggende verordening zijn rechtstreekse vertalingen van het Rechtspositiebesluit en veranderen niets aan de regelgeving en werkwijze bij Oud-West. Ze zijn enkel in deze verordening opgenomen zodat de aanvullende regeling bij arbeidsongeschiktheid - artikel 3 - duidelijk in het kader van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden geplaatst wordt.

Bestuurlijk advies

Argumenten voor
Het raadslidmaatschap moet voor iedere inwoner van het stadsdeel open staan. (Onbedoelde) drempels om het raadslidmaatschap te aanvaarden zouden zoveel mogelijk weggenomen moeten worden.

(Nieuwe) regelgeving schept de mogelijkheid om nadelige financiëe gevolgen voor mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering in individuele gevallen te ondervangen en het raadslidmaatschap dus ook voor hen toegankelijker te maken.

Argumenten tegen
Uitzonderingen op algemene regelingen betekenen extra administratieve
handelingen.

Afweging argumenten
Het is belangrijk dat iedere inwoner van Oud-West raadslid kan worden. Het
raadslidmaatschap kon voorheen nadelige financiëe gevolgen hebben voor
mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Deze verordening ondervangt deze nadelige gevolgen en garandeert daarmee dat het raadslidmaatschap toegankelijker wordt.