h

Beleidsregel scholierenvergoeding

4 september 2007

Beleidsregel scholierenvergoeding

Beleidsregel scholierenvergoeding

Schriftelijke vragen van raadslid Maureen van der Pligt aan het college van B&W inzake beleidsregel scholierenvergoeding 2007-2008.

Amsterdam, 17 juli 2007.

In uw besluit inzake beleidsregel scholierenvergoeding 2007-2008 (d.d. 3 juli 2007) heeft u een aantal aanpassingen aangebracht in de vergoedingsregeling.

1. In de toelichting op de beleidsregel spreekt u over het feit dat ouders het toegekende bedrag naar eigen inzicht kunnen aanwenden voor alle betreffende kinderen en dus niet gebonden zijn aan een bedrag per kind. Kunt u aangeven hoe dit uitgelegd moet worden? Bijvoorbeeld: kan in een situatie van een huishouden met vijf kinderen het gehele bedrag (voor deze vijf kinderen) ook besteed worden aan n kind?

2. In hoeverre zijn ouders en verzorgers van deze bovengenoemde beleidsregel op de hoogte gebracht? De SP heeft de informatie niet kunnen vinden op internet of in de begeleidende brief die naar de ouders/verzorgers is verstuurd. Als dit nog niet is gebeurd, kunt u dan aangeven wanneer en op welke wijze u dat gaat doen?

3. Op welke wijze is aan ouders en verzorgers duidelijk gemaakt dat de regeling naast de WTOS (wet tegemoetkoming onderwijs- en schoolkosten) aangevraagd kan worden?

4. Wat betreft de reiskostenvergoeding:
(a) In hoeverre kan deze ook worden ingezet voor het bezoeken van stageplekken door leerlingen uit het voortgezet onderwijs?
(b) Indien dit mogelijk is, kan dit dan k voor leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs? Zo nee, waarom niet?

5. De informatie(posters) over de scholierenvergoeding wordt (worden) bewust naar scholen gezonden. Is het ook mogelijk om alle scholen meteen een aantal aanvraagformulieren te sturen?

6. (a) Kunt u aangeven op welke manier scholen door de gemeente kunnen worden
gefaciliteerd om ouders en verzorgers te helpen met het aanvragen van de vergoeding? Dit gebeurt nu al op veel scholen.
(b) Bent u met de SP van mening dat een structurele facilitering door de gemeente van alle scholen om behulpzaam te kunnen zijn bij dit soort aanvragen een prima manier is om onderbesteding van aanvullende maatregelen tegen te gaan en waarop het motto van uw college kinderen eerst concreet gemaakt kan worden? Zo nee, waarom niet?

7. Hoe gaat u alle ouders/verzorgers uit de doelgroep bereiken? Is de informatie bijvoorbeeld ook vanuit het UWV naar de doelgroep verstuurd (bv. WAO-ers en Wajong-ers met kinderen en een inkomen dat valt binnen de grenzen die u aangeeft in artikel 5 van de beleidsregel)? Als dit niet is gebeurd; bent u dan van zins dit alsnog te doen?

8. In Nederland worden minderjarige kinderen zonder Nederlands paspoort of verblijfvergunning niet uitgesloten van onderwijs. In Amsterdam vindt geen actieve opsporing van illegalen plaats. In artikel 5 van de beleidsregel stelt u de eis dat de aanvrager in het refertejaar moet beschikken (of moet hebben beschikt) over een sociaal-fiscaal nummer (beter bekend als sofinummer en tegenwoordig burgerservicenummer genoemd).
(a) Bent u met de SP van mening dat het mede in het licht van het motto van uw college "kinderen eerst" niet van belang is of de ouder/verzorger van een minderjarig kind met een laag gezinsinkomen beschikt over een sofinummer?
(b) Waarom hanteert u niet als voorwaarde de registratie van het desbetreffende kind in de gemeentelijke basisadministratie in plaats van het sofinummer van de ouders/verzorgers?

Maureen van der Pligt.

U bent hier