Amsterdam

Reorganisatie van de dienst maatschappelijke ontwikkeling

Schriftelijke vragen van Carlien Boelhouwer over de reorganisatie van de dienst maatschappelijke ontwikkeling en de rol van de ondernemingsraad.

Inleiding

Het leerlingenvervoer was tot voor kort een gedecentraliseerde taak van de stadsdelen. Toen is de dienst maatschappelijke ontwikkeling (DMO) ('leading' bij deze taak) verzocht een onderzoek te doen naar het leerlingenvervoer (afdeling SPA). Vorige week bleek dat het leerlingenvervoer sinds kort is ondergebracht bij de dienst werk en inkomen (DWI) en dus niet langer bij DMO. Tot vandaag heeft de ondernemingsraad (OR/COR) geen adviesaanvraag met betrekking hiertoe gehad, ook zijn ze nooit op de hoogte gebracht over het ter discussie staan van het DMO-leerlingenvervoer. Op dit moment zijn de veranderingen met betrekking tot het bovenstaande in volle gang, terwijl er feitelijk nog advies moet worden gegeven door de OR, althans als de officile procedure gevolgd zou worden.

Op dit moment wordt nog een andere afdeling van de DMO, namelijk E&I, geleid door medewerkers van DWI. De OR is evenmin ooit gekend in dit overhevelingproces van de afdeling E&I naar DWI. Ook de vele managementwisselingen zijn nooit met de OR en medewerkers besproken en ook is een en ander nooit gevalueerd.

Vragen

1. Een en ander heeft er de schijn van dat DMO wordt uitgekleed, qua diensten. Klopt dat? En zo ja, kunt u "het uitkleden" van DMO toelichten?

2. Wat is de rol van de OR-en van DMO en DWI geweest in het voortraject en nog te lopen traject?

3. Hoe is deze "verhuizing" van taken van de ene naar de andere dienst geregeld? Worden de medewerkers er van tevoren in gekend, hebben ze iets te kiezen, wordt de ondernemingsraad er van tevoren in gekend, hoe gaat dat en kunt u dit met stukken staven?

4. De afgelopen periode zijn externe bestuursadviseurs bij DMO aangesteld zonder dat de OR hierbij betrokken is. Kunt u toelichten waarom de OR (ook) hier niet in is gekend, waarom van de gebruikelijke procedure is afgeweken?

5. Wat is de rol van de externe bestuursadviseur en wat is de noodzaak van deze functie?

6. DMO heeft in korte tijd enkele reorganisaties gekend. Een reorganisatie heeft altijd zijn weerslag op de sfeer binnen een bedrijf. Er komen mensen bij, er gaan mensen weg en dat gaat niet altijd zonder slag of stoot: het ontslag zal worden aangevochten. Kunt u ondergetekende zeggen wat, over de periode 2004-2009, de juridische kosten waren/zijn voor de DMO?

7. Zijn de juridische kosten bij DMO hoger dan wel lager dan die bij andere diensten. Kunt u uw antwoord toelichten?

8. Bij een reorganisatie worden vaak enige tijd lang interims (externe orde op zakenstellers) ingehuurd. Is dat bij DMO ook het geval geweest en zo ja: wat waren de kosten voor het inhuren van interims over de periode van 2004-2009?

9. Zijn de kosten voor interims bij DMO hoger dan wel lager dan bij andere diensten? Kunt u uw antwoord toelichten?

10. Hoe is de standaardprocedure bij het aanstellen van management in het algemeen, en bij een dienst als de DMO? Wordt de OR daar altijd van tevoren in gekend, hebben ze een stem? Kortom: hoe gaat dat en kunt u een en ander staven met stukken?

11. Kunt u ondergetekende een overzicht geven van de managementaanstellingen over de periode van 2004-2009? Bij welke van deze aanstellingen is de OR van tevoren in kennis gebracht en bij welke niet? Kunt u een en ander toelichten?

12. Als uit de beantwoording van de vragen 10 en 11 blijkt dat de OR niet altijd wordt gekend in wat te gebeuren staat bij aanstellingen hoog in het DMO-(loon-)gebouw, heeft ondergetekende de volgende vraag: wordt de OR van DMO ook op andere terreinen dan de genoemde soms buiten het proces gehouden, en zo ja: wanneer en waarom is dat dan? Kunt u uw antwoord toelichten?

13. Voor de invoering van het nieuwe functiehuis zijn alle leidinggevenden van DMO een salarisschaal hoger geplaatst dan verwacht. Kunt u dat toelichten?

14. Waarom geldt de schaalverhoging alleen voor de leidinggevende en niet voor de gewone medewerker?

Carlien Boelhouwer.