h

Schriftelijke vragen

13 augustus 2009

Schriftelijke vragen

Incident kraakpand Wilhelminastraat

Op 9 augustus jl. heeft zich een incident voorgedaan in het gekraakte pand in de Wilhelminastraat 195-1. Volgens verschillende berichtgeving heeft op die dag de eigenaar van het pand met drie anderen zich via intimidatie toegang tot het pand verschaft. De gealarmeerde politie heeft - nog steeds volgens de berichtgeving - de vier mannen gesommeerd het pand te verlaten. De kraker mocht in de woning blijven. Naderhand zou duidelijk worden dat een voorhamer en een jerrycan benzine door de vier mannen waren achtergelaten.

Naar aanleiding van dit incident wil ik u de volgende vragen voorleggen:

1. Klopt het dat op zondag 9 augustus de politie bij een incident in de Wilhelminastraat 195-1 is geroepen?
2. Klopt het dat er op dat moment - naast een op dat adres wonende kraker en een aantal van zijn kennissen - vier mannen aanwezig waren, waaronder de eigenaar van het betreffende pand? Zo nee, hoe liggen de feiten dan?
3. Klopt het dat de vier mannen gesommeerd is het pand te verlaten? Zo nee, hoe liggen de feiten dan?
4. Zijn door de politie aanwijzingen geregistreerd dat de vier mannen intimiderend hebben gehandeld? Zo nee, hoe liggen de feiten dan?
5. In hoeverre is intimidatie een reden tot strafvervolging?
6. Is daar in onderhavig incident van afgeweken en zo ja, wat was daarvan de reden?
7. Naderhand bleken, volgens de berichtgeving, een voorhamer en een jerrycan benzine door de vier mannen achtergelaten te zijn. Is dit juist? Zo ja, zijn deze spullen reden om preciezer naar dit incident te kijken? Graag een toelichting.
8. Wanneer nu blijkt dat de berichtgeving juist is geweest, bent u van mening dat de politie met twee maten heeft gemeten (namelijk: intimidatie van een kraker is minder erg dat van welk andere persoon ook en kan dus worden afgedaan met sommering tot vertrek)? Zo ja, bent u van plan om de politie opdracht te geven haar verzuim goed te maken?

Het lid van de Raad,

R. Alberts (SP)

U bent hier