Notitie: Een Goede Zaak II: Een nog Betere Zaak
Notitie: Een Goede Zaak II: Een nog Betere Zaak
Notitie: Een Goede Zaak II: Een nog Betere Zaak
Aanleiding
Met de bezuinigingen vanuit Den Haag op de Licht Verstandelijk Gehandicapten, de dagbesteding en de Sociale Werkvoorziening, bezuinigingen die ook voor Amsterdam grote consequenties hebben, wordt het voor (toekomstige) Wajongeren, WSW-ers en schoolverlaters met een afstand tot de arbeidsmarkt steeds moeilijker om een plek op de arbeids- en/of stagemarkt te vinden. De gemeente krijgt bij de nieuwe wet Werken naar Vermogen wel de uitvoering van deze regeling voor de onderkant arbeidsmarkt, maar niet voldoende middelen.
De doelgroep Licht Verstandelijk Gehandicapte (LVG) Jongeren (16 -27 jaar) bedraagt op dit moment zeker 10.000 jongeren in Amsterdam. Tot voor kort kon deze doelgroep nog makkelijk instromen in de Sociale Werkvoorziening of kon met behulp van het UWV een Wajong-uitkering krijgen en van daaruit geholpen worden met het zoeken en behouden van werk. Deze mogelijkheden zijn in 2011 sterk afgenomen voor deze complexe doelgroep die zonder hulp niet aan de slag komt. Zij zijn immers de doelgroep die recentelijk beschreven werd in de notitie over de jeugdwerkeloosheid van Amsterdam. 8.000 werkloze jongeren waarvan 75% niet in het bezit van een startkwalificatie is en ook niet terug te leiden is naar school. En dan nog een groep van ruim 5.000 Wajongeren die ook op zoek zijn naar een plekje op de arbeidsmarkt. Meer dan 10.000 jongeren dus die hun plek nog moeten gaan verwerven op de arbeidsmarkt.
Daarnaast zal de arbeidsmatige dagbesteding niet langer AWBZ gefinancierd blijven, maar worden ondergebracht bij de gemeente in de WMO. De WMO waar al een bezuinigingsronde overheen is gegaan.
Als klap op de vuurpijl zijn daar de miljoenen bezuinigingen op de Sociale Werkvoorziening (SW) van Amsterdam. SW-medewerkers moeten meer geld gaan opbrengen door te werken in de reguliere markt en zouden wellicht straks helemaal geen (financiëe) ondersteuning van (via) het SW-bedrijf meer nodig hebben. De ervaring leert echter dat dat niet zo eenvoudig is. Zo is de social return paragraaf in het raamcontract catering nog nooit met SW-ers ingevuld, maar altijd op basis van regelingen die boventallig plaatsen tegen vergoeding mogelijk maken.
Kortom: er is een alternatief nodig om deze moeilijke, complexe doelgroep van Licht Verstandelijk Gehandicapten, schoolverlaters, WSW-ers zonder plek en arbeidsmatige dagbesteders een plek op de arbeidsmarkt te geven.
Wij hebben buiten de huidige kaders om geprobeerd een mogelijke oplossingsrichting te bedenken, gebruik makend van de Social Return doelstellingen die de Gemeente Amsterdam zichzelf heeft opgelegd sinds april 2008. En gebruik makend van de reeds bestaande en goed functionerende infrastructuur van opleiden en toeleiden naar werk van mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, varirend van dagbesteding tot begeleid / betaald werk.
Dit initiatiefvoorstel is een vervolg op Een Goede Zaak en een opvolging van de motie 505 van december vorig jaar om meer gemeentelijke opdrachten onderhands aan Pantar te gunnen.
Het plan: Arbeid 020
Er is jarenlang genvesteerd in opleidingen en trainingen op horeca, schoonmaak en groen / grijs gebied binnen het SW-bedrijf van Amsterdam, Cordaan, Stichting WerkWijs en de Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) scholen vanuit Stichting Orion en Stichting Kolom (zie bijlage samenwerkingspartners). Door de uitstekende, speciaal op moeilijk lerende mensen aangepaste, opleidingsmogelijkheden binnen Pantar Amsterdam en vanuit de partners, kunnen ook kansarme jongeren met een beperking een erkend MBO-diploma halen. Een deel van de hier opgeleide mensen is uitgestroomd en voldoet uitstekend in bijvoorbeeld kantines van Afvalservice West, Stadsdeel Osdorp en Stadsdeel Zuidoost, in de schoonmaak bij het zwembad Amstelveen, bij sportclubs en het vele grijs en groen werk dat Pantar en Cordaan voor Amsterdamse stadsdelen verrichten. Op deze locaties blijkt duidelijk dat mensen met een beperking uitstekend werk kunnen verrichten. Vele kandidaten willen dolgraag extern aan de slag, maar krijgen de kans niet. Zo blijft het belastinggeld dat hierin is gestoken onbenut.
Volgend jaar (2012) loopt het raamcontract voor de catering van de Gemeente Amsterdam af. Deze sector is uitermate geschikt om vele jongeren / mensen uit de hierboven beschreven doelgroep een plek te geven en er is de komende jaren nog veel personeel nodig in de horeca. Het huidige raamcontract catering heeft wel een sociale paragraaf, maar heeft tot nu toe nog niet geleid tot substantile werkgelegenheid voor de doelgroep.
Wij stellen voor het cateringcontract onderhands te gunnen aan Pantar Amsterdam. Pantar heeft dit uitsluitend recht middels een Raadsbesluit van 15 september 2009 gekregen. Zo kunnen werkopdrachten van de gemeente aan Pantar worden verleend, ter uitvoering van de wettelijke zorgplicht van de gemeente om personen met een indicatie voor de SW een arbeidsplaats te bieden. Na gunning verplicht Pantar zich via een convenant met o.a. Orion en Kolom voor speciaal onderwijs, Stichting WerkWijs en Cordaan dagbesteding om in de kantines plekken voor arbeidsmatige dagbesteding te creren en en stage- en leerwerkplekken voor jongeren en schoolverlaters uit het speciaal onderwijs. Dit op een budgetneutrale manier, ofwel zonder extra kosten voor de gemeente vanuit de WMO of jeugdwerkeloosheid gelden. Met de wet Werken naar Vermogen komt straks een groot deel van deze jongeren in de bijstand terecht en is de gemeente vanuit de Wet Investering in Jongeren ( WIJ ) verplicht hen een leerwerktraject / opleiding, dan wel baan aan te bieden, wat met de huidige financiering een moeilijke, maar met de toekomstige financiering wellicht een onmogelijke opgave is.
Hoe zal de praktijk eruit komen te zien wat betreft de catering
Pantar voldoet aan alle wettelijke eisen op het gebied van catering. De SW medewerkers hebben het diploma horeca-assistent gehaald en de cursus Kwaliteitszorg en HACCP gevolgd. Pantar staat bijna standaard met haar kantines in de top 5 van de GGD van meest hyginische (overheids)kantines in Amsterdam, met een gemiddelde score van boven de 9.2.
De verschillende kantines zullen alle erkende leerwerkbedrijven zijn die de mensen kunnen opleiden voor een erkend branche certificaat, danwel MBO 1 of 2 niveau. Door hiervan gebruik te maken, blijft een uitstekende opleidingsstructuur gehandhaafd en betaalbaar.
Hoewel Pantar Amsterdam niet is aangesloten bij de VENECA, die overnameregels m.b.t. personeel in de cateringbranche in de CAO heeft vastgelegd, en als nieuwe cateraar dus niet verplicht is het cateringpersoneel van de oude cateraar over te nemen, zal in dit concept gewerkt worden volgens een ingroeimodel, waarbij Pantar het vaste personeel van de huidige cateraar in principe overneemt. De bedrijfsleiding in dienst van de huidige cateraar kan solliciteren op de eigen functie en bij gebleken geschiktheid zo nodig bij een van de convenantpartners worden bijgeschoold, want een locatiemanager in het nieuwe concept moet niet alleen de kantine runnen maar ook geschikt zijn om de doelgroep te begeleiden.
Er wordt gestreefd naar een stabiele mix van regulier personeel (vast personeel van de huidige cateraar en kandidaten vanuit het Rentegratiebedrijf Amsterdam ) en mensen uit de beschreven doelgroepen, waarbij een optimale kwaliteit gegarandeerd kan worden. In iedere kantine werken straks reguliere cateringmedewerkers en cateringmedewerkers met een SW-status, om te beginnen de ongeveer 30 opgeleide SW-ers die nu nog in de interne bedrijfskantines van Pantar werken maar die wegens bezuinigingen gaan sluiten. Per kantine komen er bovendien een aantal arbeidsmatige dagbestedingsplekken ( voor clinten van o.a. Cordaan, HVO Querido, AMC De Meren ) en een aantal leerwerk-/stageplekken voor leerlingen en schoolverlaters uit het speciaal onderwijs die nu steeds moeilijker een stage/ leerwerkplek kunnen vinden.
De kantines zijn straks ruim bemenst en kunnen dus ook gemakkelijk extra service bieden, afgestemd op de vraag. De producten worden, mede in het kader van de horecaopleiding, zoveel mogelijk vers en zelfgemaakt en er zou bijvoorbeeld als extra dienstverlening aan tafel bediend kunnen worden.
Om de lokale economie te versterken en de duurzaamheid te verhogen (minder CO2 uitstoot) zal geprobeerd worden zoveel mogelijk producten bij het lokale MKB af te nemen. Als tegenprestatie zullen wij het MKB vragen in ruil voor de verhoogde lokale omzet stage en werkplekken beschikbaar te stellen voor de doelgroep.
Er zal zoveel mogelijk gewerkt worden met biologische en streekproducten (dit is immers een contract eis van de gemeente) in de kantines. Deze producten kunnen voor een deel worden verbouwd bij Pantar en bij Cordaan. Deze twee instellingen hebben hiervoor al de faciliteiten en de ruimte, maar tuinderij en kassen worden bedreigd met mogelijke sluiting. Bovendien zitten Pantar en Cordaan momenteel om zinvol werk verlegen voor de doelgroep die moeilijk kan worden gedetacheerd bij derden. Het voedsel moet eerlijk en verantwoord zijn tegen betaalbare en haalbare prijzen. Kwaliteit, zowel in de producten als in de dienstverlening staan voorop in dit concept.
Pantar Amsterdam en haar samenwerkingspartners hebben een uitgebreid netwerk van commercile bedrijven waar nu al mee wordt samengewerkt. De bedoeling is dan ook dat het netwerk wordt aangesproken en aangespoord om deelnemers / werknemers vanuit de verschillende kantines te laten doorstromen naar het reguliere bedrijfsleven. De eerste contacten hiertoe zijn reeds gelegd met de ING bank op de Zuidas, met Ernst en Young als accountant van Pantar en Cordaan, en met het MKB Amsterdam.
Geraamde Opbrengsten voor Gemeente
Het concept heeft een meerwaarde voor de stad Amsterdam. Voor hetzelfde geld krijgt Amsterdam met Arbeid 020 meer service en versere producten, voldoet Amsterdam aan haar zorgplicht ten opzichte van Licht Verstandelijk Gehandicapten, schoolverlaters vanuit het Speciaal en Praktijk Onderwijs, WSW-ers en arbeidsmatige dagbesteders, en bespaart op uitkering, opleiding, dagbesteding en zorg en op de jaarlijkse bijdrage aan de SW vanwege tekorten. De begeleiding van de doelgroepen op de werkvloer in de kantines wordt geleverd door de locatiemanager / bedrijfsleider, zo nodig ondersteund door een leerkracht vanuit het speciaal onderwijs bekostigd door de schoolbesturen, dus er is geen sprake van belastende extra begeleiding en dus extra kosten.
De door de gemeente voorgenomen bezuiniging van 2 miljoen euro op de inkoop zal met dit plan niet gehaald worden bij de post Inkoop, hoewel met onderhandse gunning verondersteld mag worden dat het aanbestedingstraject sterk vereenvoudigt, wat een besparing aan personeelskosten zou kunnen opleveren bij Concern Inkoop. Zeker als we bedenken dat eenzelfde constructie als de hier geschetste voor het cateringcontract ook zou kunnen worden toegepast bij het raamcontract voor de schoonmaak, groen en grijs. De aanneemsom wordt evenwel niet duurder (zie businesscase bijlage), terwijl de besparingen gemeentebreed op uitkering, opleiding, dagbesteding en zorg aanzienlijk zijn.
Ook zal Pantar op deze manier meer omzet genereren waardoor de gemeente jaarlijks minder zal hoeven bijdragen.
De omvang van het raamcontract catering straks is nog onduidelijk en varieert van 20 tot 50 kantines, waar gemiddeld 5 medewerkers werken. Aan het huidige raamcontract doen 28 locaties mee, met een omzet van 6,5 miljoen, waarvan 2,5 miljoen uitgaven van de gemeente aan de vaste aanneemsom, oftewel de personeelskosten. Hoe meer locaties er straks aan dit plan mee doen, hoe hoger de opbrengsten zullen zijn.
De einddatum van de cateringcontracten binnen de gemeente varieert, dus het nieuwe concept van Arbeid 020 zal geleidelijk ingevoerd worden, wat zorgt voor een rustige, te overziene start. Met de overname van het huidige cateringpersoneel in vaste dienst zal er in de stabiele mix niet direct ruimte zijn voor de inzet van het maximale aantal horecamedewerkers met SW-indicatie. Hierdoor zullen de opbrengsten voor de gemeente met de tijd groeien. Wanneer de gemeente straks met de nieuwe wet Werken naar Vermogen verantwoordelijk wordt voor de doelgroep die voorheen in de SW / Wajong kwam, zullen de opbrengsten alleen nog maar stijgen. Dit kan namelijk door in de verschillende kantines en waar mogelijk in het vrije bedrijf de beschreven doelgroepers een betaalde baan aan te bieden en scholieren uit het Speciaal en Praktijk onderwijs een stageplek te bieden met kans op een diploma / startkwalificatie en een betaalde baan.
Voor een uitgebreide SROI zal contact worden gezocht met TNO, die op dit moment met een aantal partijen bezig is met het ontwikkelen van een landelijke methode om de social return zichtbaar te maken.
Op basis van het hiervoor besproken en voorgestelde vragen wij het college het volgende:
Het cateringcontract niet Europees aan te besteden, maar onderhands te gunnen aan het SW bedrijf van Amsterdam, dat vervolgens in een convenant met de samenwerkings-partners van Arbeid 020 de inzet van de verschillende doelgroepen in de gemeentelijke kantines garandeert.
Stadsdeelbestuurders op te roepen aan het concept van Arbeid 020 mee te doen, want een maximaal aantal locaties levert maximale opbrengsten op.