Ernstige armoede in Oost
Ernstige armoede in Oost
Recent bezochten wij de stichting MOI in Oost. MOI staat voor Maatschappelike Ondersteuning en Integratie. Deze vrijwilligersstichting begeleidt mensen met schulden. Shazia Ishaq en haar zus Yasmine richtten de stichting vijf jaar geleden op en cordineren op een bevlogen manier de activiteiten.
Shazia helpt gezinnen die een huisuitzetting boven het hoofd hangt, probeert betalingsregelingen af te spreken en begeleidt mensen in hun tocht langs instanties. Ook meldt ze hen aan bij de voedselbank. Ze komt veel schrijnende verhalen van armoede tegen; het dwingt mensen creatief met hun beperkte middelen om te gaan. Ook voor kinderen heeft dit grote consequenties.
Shazia: "Ik kwam met veel mensen in contact doordat ik de Bollywood-videotheek van mijn broer beheerde. Ik merkte dat veel mensen nauwelijks begeleiding kregen bij financiëe problemen. Mijn zus en ik besloten te helpen. We helpen nu al bijna 800 gezinnen. Dat is een verdubbeling in twee jaar tijd. We zien dat de armoede toeneemt. We hebben steeds meer vrijwilligers nodig om aan de vraag te kunnen voldoen. Van alles komen we tegen: veel huisuitzettingen en beslagleggingen op persoonlijke bezittingen of inkomens. Het valt op dat steeds meer hoogopgeleiden met schulden bij ons aankloppen."
Dat levert soms schrijnende voorbeelden op:
"Ik ken moeders die zelf maaltijden overslaan om hun kinderen te kunnen voeden. Die kinderen dragen te grote en gescheurde kleding. Sommige moeders verkopen het speelgoed en de kleding van de kinderen om met dat geld de familie te voeden. Moeders maken oud brood nat onder de kraan om het langer te kunnen gebruiken. Soms zelfs wordt eten, dat op straat wordt gevonden, gewassen en opnieuw gebruikt. Dat gold bijvoorbeeld ook voor een afgelikte lolly die een jongetje vond op straat."
"Veel van de kinderen zijn weinig gewend. Zo verbleef een moeder met haar kind in een Blijf van mijn Lijfhuis. Toen wij vroegen wat haar zoontje wenste voor zijn verjaardag antwoordde zij: een chocoladereep met zijn naam erop. Meer niet. Ze kon dat zelf niet betalen. We gaven hem een grote reep. Het jongetje was er dolblij mee."
"Voorbeelden van armoede zijn legio. Er zijn gezinnen die blij zijn dat ’t winter is, omdat dan tenminste de elektriciteit niet mag worden afgesloten. Regenwater wordt op het balcon opgevangen door middel van emmers. Ik ken ouders die een hele reeks bijbaantjes aan elkaar rijgen om in levensonderhoud te voorzien. Sommigen stelen daarnaast toch nog - eigenlijk noodgedwongen - voedsel. Om wat bij te verdienen, zie ik jonge kinderen die zelf proberen wat bij te verdienen. Ze starten in kelderboxen kapperszaakjes. Het gereedschap: een tondeuse. Ze vragen twee euro per knipbeurt. Zij spijbelen van school om een zakcent bij te verdienen."
"Je kunt zeggen dat veel van hun jeugd verloren gaat in het leren hoe te bezuinigen. Huisuitzettingen zijn aan de orde van de dag. Waar de gezinnen heen moeten is maar al te vaak niet duidelijk. Familie vangt ze soms op, maar heeft daar nauwelijks voldoende behuizing voor. Bij een gezin om de hoek ontstond een wel zeer schrijnende situatie. Beide ouders waren ziek. Ze hebben twee kinderen: 1 gehandicapt en 1 met leerachterstand. Het gezin kon de rekeningen niet betalen. De Corporatie bood geen betalingsregeling aan. Onbegrijpelijk. Een ontruiming kost een corporatie 10.000 euro. Het gezin moet nu inwonen bij familie. Die hebben daar eigenlijk geen ruimte voor."
"Nog erger is, dat ik zie dat criminelen profiteren van de armoede. Dealers laten drugs verspreiden door kids. Jongeren zijn aan het dealen. Alles voor geld. Deze kinderen zien de school al lang niet meer als een volwaardig alternatief. Familie en vrienden mt diploma in hun omgeving zijn tenslotte ook werkloos. Waarom dan niet n wat bijverdienen? Sommige ouders adviseren hun kinderen na de lagere school meteen te gaan werken. Als er eens geld is, wordt dat overigens niet overal goed besteed. Ik zie in sommige gezinnen dat geld wordt gebruikt om over te maken naar het buitenland of een verslaving te bekostigen."
"Schuldhulp werkt hier nauwelijks. Er zijn grote sociale problemen in deze wijk, alcoholisme, schulden, werkloosheid etcetera. Als deze mensen zich melden bij sociale raadslieden, krijgen ze een gesprek van een paar minuten. Dat is veel te weinig om problemen te doorgronden. Laat staan effectieve hulp te bieden. Mensen zitten jaren in schuldsanering terwijl dit veel korter kan."
Karel van der Weide en Erik Flentge (met dank aan Shazia en de vrijwilligers van MOI)