h

Te weinig zwemwater in Amsterdam

13 december 2007

Te weinig zwemwater in Amsterdam

Te weinig zwemwater in Amsterdam

Schriftelijke vragen van Maureen van der Pligt over het gebrek aan zwemwater in Amsterdam.

Inleiding.

Een kleine tien jaar geleden is onderzoek gedaan naar de behoefte aan badwater in de stad. Vrijwel alle zwemverenigingen gaven toen aan dat ze er redelijk mee uit kwamen. Echter, Het Y, de oudste zwemvereniging van de stad, gaf aan zo'n tien tot twaalf uur ruimte te kort te komen. Sinds dat onderzoek heeft plaats gevonden, is er in Amsterdam geen badwater bij gekomen. Het aantal leden van zwemverenigingen (althans die van Het Y) is wel toegenomen. Het Y heeft als thuisbad Sportfondsenbad Oost, daar zitten ze de hele donderdagavond. Echter, op die donderdag kunnen ze niet alle benodigde zwemuren kwijt. Dus zwemmen ze ook een aantal uren in Diemen en Amsterdam-Noord en West. Zo verspreid is niet ideaal: goede trainers zijn niet altijd inzetbaar omdat aaneenschakeling mist. Dat stimuleert de ontwikkeling van de zwemjeugd niet. In Amsterdam kan bijvoorbeeld niet op topniveau waterpolo gespeeld worden en goede spelers trekken daarom weg naar Haarlem en Zaanstad waar dat wel kan. De reden: er wordt getraind met 50 mensen tegelijk in een bad, dat is tweemaal zoveel als ideaal is.

Alle factoren bij elkaar zorgen er voor dat topniveau niet bereikt wordt. In Alphen, om maar iets te noemen, kan dat wel: daar is elke avond een bad beschikbaar voor een zwemvereniging.
En en ander is daarom zo jammer omdat sport en zwemmen zo belangrijk zijn voor ons mensen. Zwemmen is tenslotte ook sport en zou binnen het politieke en bestuurlijke speerpunt bewegen/sporten een prominente plaats moeten hebben. Tot nu toe gebeurt dat niet: in stadsdeel Zuideramstel, om een voorbeeld te noemen, wordt als watersport alleen roeien en vissen aangeboden.

Vragen.

1. Bent u bekend met dit probleem?

2. Zo ja, bent u het met mij eens dat in een stad als Amsterdam wel op topniveau in zwemverenigingsverband moet kunnen worden getraind?

3. Als u niet bekend bent met dit probleem: bent u bereid op korte termijn het probleem in kaart te brengen en er beleid op te maken; graag uitleggen?

4. In Utrecht, dat ook een dergelijk probleem had, is enige tijd terug een oplossing bedacht: de zwemvereniging aldaar heeft de beschikking over een luchtdraaghal. Deze wordt geplaatst over het buitenbad. In de wintermaanden is het buitenbad nu in gebruik als bad voor de zwemvereniging. Ideaal, want het seizoen van de zwemvereniging valt min of meer samen met het winterseizoen (september tot mei). In de zomer wordt de luchtdraaghal verwijderd en is het bad weer gewoon buitenbad. Kortom: optimaal gebruik van het buitenbad. Amsterdam kent verschillende buitenbaden. Bovendien, in Amsterdam-Noord komt over enige tijd, als het nieuwe zwembad klaar is, een luchtdraaghal beschikbaar (namelijk die van het bestaande zwembad). Bijkomend voordeel is dat huur van buitenbaden de zwemverenigingen minder kost dan de huur van een binnenbad: huur van eerstgenoemde kost slechts ongeveer een vijfde vergeleken met de huurprijs van laatstgenoemde. In het lidmaatschap worden deze kosten meegenomen, lid zijn van een zwemvereniging kost gemiddeld daarom veel meer dan van een voetbalclub. Het in gebruik nemen van buitenbaden in de winter is dus direct van invloed op de lidmaatschapsprijs van de zwemvereniging. Bent u bereid te onderzoeken of genoemde luchtdraaghal ter beschikking gesteld kan worden van de zwemverenigingen?

5. Zo nee, waarom niet?

6. Mocht de luchtdraaghal in Amsterdam-Noord niet meer kunnen dienen, bent u dan bereid te kijken of er wellicht een nieuwe luchtdraaghal kan worden aangeschaft die ter beschikking wordt gesteld aan de Amsterdamse zwemverenigingen?

7. Twee weken terug meldde Het Parool dat kinderen die in Amsterdam hun diploma A willen halen twaalf maanden moeten wachten voor ze berhaupt les kunnen krijgen. De norm van 0,01 vierkante meter overdekt zwemwater per inwoner wordt in sommige stadsdelen bij lange na niet gehaald. De gemeente heeft tot nu toe geen (daadwerkelijke) actie ondernomen, en dat terwijl de gemeente het wel van belang vindt dat kinderen vroeg leren zwemmen, aldus Het Parool. Klopt dit en kunt u uitleggen waarom u tot nu toe geen daadwerkelijke actie heeft ondernomen?

8. Als het bovenstaande in vraag 7 niet klopt, kunt u dan uitleggen hoe het wel zit en wat u voornemens bent te doen?

Maureen van der Pligt.

Beantwoording van het college.

1. Het college is op de hoogte van dit probleem. Uit een recentelijk onderzoek dat is uitgevoerd ten behoeve van het sportaccommodatieplan, dat op 1 maart 2006 door de gemeenteraad is aangenomen, blijkt dat er over heel Amsterdam gezien voldoende overdekt zwemwater is. Bovendien is gebleken dat de baden uit de zogenaamde basisvoorraad voldoende capaciteit bieden.

Toch is het noodzakelijk een zwembad voor IJburg te realiseren gelet op:
- het inderdaad te geringe aantal vierkante meters overdekt zwemwater in de sector Oost (575 m2 zwemwater op ruim 126.000 inwoners met een prognose van ruim 173.000 inwoners in 2020). Volgens de Planologische Kengetallen is in de sector Oost dan ruim 1100 m2 extra overdekt zwemwater gewenst;
- de afstand van IJburg tot het dichtstbijzijnde zwembad, het Sportfondsenbad-Oost.

2. Het college is met de SP van mening dat topsport een belangrijk onderdeel is van het sportbeleid in Amsterdam. In deze behoeftebepaling aan overdekt zwemwater is naast het leszwemmen, het recreatief zwemmen en het doelgroepen zwemmen ook de ruimte voor het verenigingszwemmen meegewogen. Uitgangspunt bij de verdeling van de uren is dat tenminste 35% van de beschikbare ruimte/tijd in de avonduren en de weekeinden voor het verenigingszwemmen beschikbaar wordt gesteld. Daarin is ook het wedstrijdzwemmen, ook op topniveau, meegewogen.

3. Aan de vereniging Het Y is door het Sportfondsenbad Oost 4 uur extra aangeboden om in de vraag naar trainingsruimte tegemoet te komen. Echter om financiëe redenen is de vereniging niet in staat deze 4 uur laat staan nog meer uren te huren. In de tweede fase van de ontwikkeling van IJburg is in de plannen een zwembad opgenomen. Het ligt voor de hand in dit naar verwachting niet eerder dan in 2012 te realiseren zwembad ook Het Y ruimte aan te bieden.

4. Nee.

5. De kosten van een draagluchthal zouden minimaal 150.000 euro bedragen.
Daarnaast is een dergelijk bedrag nog eens nodig voor extra voorzieningen
(fundament, technische voorzieningen e.d.). Met daarbij de hoge energielasten betekent het een exorbitant hoge exploitatielast. Om die reden wordt in Nederland dit concept nauwelijks nog toegepast.

6. Nee, zie beantwoording bij punt 5.

7/8. In 2003 is, eveneens nadat er signalen waren van een tekort aan leszwemwater, onderzoek verricht naar de situatie rond vermeende wachtlijsten voor het leszwemmen. Daaruit bleek onder meer dat de wachtlijsten enorm "vervuild" waren (men schreef kinderen in bij meerdere zwembaden) en dat kinderen al op zeer jonge leeftijd werden ingeschreven. Dat betekende naast een vertekend beeld van de daadwerkelijke wachtlijst en -tijd, ook een lange lesperiode vanwege de soms "te" jonge leeftijd. Dat heeft ertoe geleid dat de zwembaden zijn overgegaan tot het invoeren van inschrijfgeld bij de aanmelding en het verhogen van de leeftijd waarop met leszwemmen kan worden begonnen. Ook wordt via de website van de zwembaden www.zwemles-amsterdam.nl informatie verschaft over de plaatsen en tijden van de zwemlessen, waar geen wachttijden zijn dan wel een wachttijd van niet meer dan enkele maanden. Wanneer kinderen 12 maanden moeten wachten, alvorens met zwemles te kunnen beginnen, is dat dan ook de keuze van de ouders (vaak de meest populaire uren). Bovendien wordt geadviseerd deelnemers ruimschoots voor de leeftijd waarbij kan worden begonnen met leszwemmen aan te melden. Dan is van een verdere wachttijd geen sprake meer.

U bent hier