Amsterdam

De PvdA en de SP willen dat wethouder Eric van der Burg alternatieven onderzoekt voor de aanbesteding van de thuiszorg. Hierbij denken Peggy Burke (PvdA) en Maureen van der Pligt (SP) zelf aan een zogeheten zorgconvenant. Zo'n zorgconvenant geldt twee maal zo lang als een aanbestedingscontract en geeft zorgbehoevenden meer vrijheid bij het kiezen van zorgaanbieders.

Begin dit jaar vroeg de Amsterdamse gemeenteraad het college te onderzoeken of de thuiszorg in Amsterdam ook zonder aanbestedingsprocedure zou kunnen worden geregeld. Het antwoord op dit verzoek is uitgebleven en verantwoordelijk wethouder Eric van der Burg bereidt een nieuwe aanbestedingsprocedure voor. Daarom komen PvdA en SP nu zelf met een voorstel waarin gevraagd wordt naar alternatieven voor de aanbesteding zoals deze nu plaatsvindt. Een van de vormen is de zorgconvenant, ook wel bestuurlijke aanbesteding genoemd.

"Zo'n zorgconvenant kan voor alle partijen voordelen opleveren", aldus Burke en Van der Pligt. Het wordt afgesloten voor zeven jaar in plaats van de vier jaar bij een gewone Europese aanbesteding. Het convenant kan daarna nog tweemaal stilzwijgend met een jaar worden verlengd. Het voordeel is dan dat alle betrokkenen, zowel zorgaanbieders als de mensen die zorg nodig hebben, voor langere tijd weten waar zij aan toe zijn. Zorgaanbieders kunnen investeren in de zorg en hun werknemers meer zekerheid bieden. In het convenant worden kwaliteitseisen gesteld aan zowel de dienstverlening als aan het personeel van de zorgaanbieders.

"In een gewone aanbesteding gaat het vooral om de beste aansluiting tussen bestek en offerte, waarbij alles voor vier jaar lang wordt vastgesteld. Bij een convenant gaat het om het gezamenlijk regelen van de best mogelijke zorg en hulp en voor een langere tijd. Het moet voor iedereen en vooral voor de mensen die zorg nodig hebben beter uitpakken dan een gewone aanbesteding, daar gaat het ons om", aldus Burke en Van der Pligt, "maar we moeten zeker in deze tijd ook kijken hoe het financieel uitpakt en of er, naast het zorgconvenant nog andere alternatieven zijn."