Amsterdam

De SP wil dat het college onmiddellijk orde op zaken stelt bij de Amsterdamse sociale werkvoorziening Pantar. Uit een uitzending van EenVandaag van maandag blijkt dat medewerkers van het bedrijf zich gentimideerd en onveilig voelen op de werkvloer. SP-raadslid Maureen van der Pligt: "De sociale werkvoorziening hoort kwetsbare mensen een beschermde werkomgeving te bieden. Als Pantar die bescherming niet kan bieden, voldoet het niet aan zijn basistaak."

De sociale werkvoorziening is bedoeld voor mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking. De gemeente heeft het echter mogelijk gemaakt dat ook veel andere mensen 'in traject', bijvoorbeeld vanuit de bijstand of de reclassering, bij Pantar aan de slag kunnen. Omdat Pantar daar geld voor krijgt van de gemeente zijn er momenteel, naast de 3500 mensen met een indicatie voor de sociale werkvoorziening, zo’n 6500 zogenoemde trajectgangers aan het werk. Van der Pligt: "Omdat Pantar vol is gestroomd met mensen uit andere doelgroepen is de veilige omgeving waarin de mensen met een beperking konden werken er vaak niet meer. Wat de SP betreft hebben de mensen met een indicatie voor de sociale werkvoorziening recht op een eigen veilige plek waar zij zich kunnen ontplooien. Daarom eisen wij van wethouder Van Es dat ze snel maatregelen neemt om hun situatie te verbeteren."

EenVandaag sprak in de uitzending van maandag met mensen van de werkvloer van Pantar. Daar lijkt veel mis te gaan. Medewerkers klagen over een klimaat van intimidatie en onveiligheid. Volgens een lid van de ondernemingsraad heerst er een zwijgcultuur. Een huisarts uit de regio constateert dat een aantal patinten dat bij Pantar werkt doodongelukkig is. Medewerkers van de sociale werkvoorziening voelen zich opgesloten, onveilig en niet serieus genomen: wie ziek is moet toch komen werken. De sociale werkvoorziening valt als gemeentelijke dienst direct onder de verantwoordelijkheid van wethouder Van Es (Werk en Inkomen). De SP zal de situatie bij Pantar in de raadsvergadering van volgende week bij haar aankaarten.