Amsterdam

Er moet een serieuze aanpak komen van de problematiek rondom softdrugs, in plaats van dat coffeeshops in de buurt van scholen worden gesloten. Dat stellen D66 en SP in reactie op de plannen van burgemeester Van der Laan om coffeeshops binnen 250 meter loopafstand van scholen te sluiten, het zogenoemde afstandscriterium. Volgens SP en D66 is de maatregel willekeurig en helpt hij niet om problemen rondom softdrugsgebruik onder jongeren op te lossen. In plaats daarvan zou de gemeente beter kunnen inzetten op goede voorlichting en aanpak van coffeeshops die softdrugs verkopen aan minderjarigen.

Het idee om coffeeshops binnen 250 meter loopafstand van scholen te sluiten, werd oorspronkelijk in 2008 voorgesteld door het Kabinet Bakenende IV. Destijds was een overgrote meerderheid in de Amsterdamse politiek tegen invoering, zo ook toenmalig burgemeester Cohen. De maatregel werd nooit ingevoerd omdat het kabinet voortijdig strandde. Nu wil huidig burgemeester Van der Laan alsnog het afstandscriterium invoeren terwijl het niet verplicht wordt door de regering.

Met dit plan slaat de burgemeester volgens D66 en SP de plank mis. D66-fractievoorzitter Jan Paternotte: "Het succes van het Nederlandse drugsbeleid zit hem er juist in dat wij softdrugs niet spannender maken dan het is, het gaat om goede voorlichting geven." SP-fractievoorzitter Laurens Ivens: "Sluiting van coffeeshops bij scholen is symboolpolitiek en in plaats daarvan zou de burgemeester de echte problemen moeten aanpakken. Liever een coffeeshop in de buurt van een school die zich aan de regels houdt, dan eentje 300 meter van school die wiet verkoopt aan minderjarigen." D66 en SP zullen daarom een voorstel indienen om af te zien van het afstandscriterium.