h

Voor een ongedeeld, rechtvaardig en eerlijk Amsterdam

1 juni 2016

Voor een ongedeeld, rechtvaardig en eerlijk Amsterdam

De SP is trots om te besturen in deze stad. Want Amsterdam heeft toekomst, een grote toekomst.

SP-fractievoorzitter Daniel Peters sprak deze tekst uit bij de jaarlijkse algemene beschouwingen in de Amsterdamse gemeenteraad.

De toekomst die iedere doordeweekse ochtend met duizenden op de fiets stapt met hoofden vol dromen. “Meiden en jongens op fietsen en brommers, met grote verlangens en het hart op de tong,” zoals Huub van der Lubbe van De Dijk zingt. En ze gaan ervoor, lachend met hun vrienden, sommigen vol vertrouwen in eigen kunnen, anderen met twijfel, maar ze gáán, naar onze Amsterdamse scholen met hun dromen. En ze ouwehoeren door de grammaticales heen, maar ze debatteren vaak al jong opvallend goed. En ze zoeken zelfstandigheid en onafhankelijkheid en ze kiezen daarom bewust voor die hoofddoek of voor paars haar of voor alle twee juist bewust niet. Want ze dragen bijna allemaal het misschien wel meest wezenlijke kenmerk van Amsterdam uit: dat hier vrijheid bestaat.

Maar die vrijheid is niet vanzelfsprekend, die moet worden bewaard en bewaakt. In verschillende opzichten. “Want alleen als je geld hebt, is de vrijheid niet duur”, stelde Klein Orkest ooit vast. En zo is het in deze kapitalistische maatschappij natuurlijk ook. Wie minder geld heeft, of tijdelijk moet rondkomen met minder, staat in Amsterdam voor meer uitdagingen dan de directeur van het Rijksmuseum. De SP is blij met ons college, dat zijn best doet om ieder kind in deze stad dezelfde startpositie te geven. Door kinderen uit arme gezinnen een laptop te geven met internet, met de scholierenvergoeding waarvan boeken tot schoolreisjes betaald kunnen worden, met kledingbonnen. Allemaal middelen om alle kinderen in onze stad dezelfde kansen en daarmee dezelfde vrijheid te bieden.

Investeringen in het onderwijs zelf zijn ook een basis voor vrijheid. Goed onderwijs maakt mensen mondig, geeft mensen van jongs af aan de moed om het leven vol zelfvertrouwen tegemoet te treden, verdrijft de angst waar zoveel mensen tegenwoordig mee kampen. Het gaat goed op de Amsterdamse scholen, maar het kan beter. Vooral op scholen met veel kwetsbare leerlingen zijn de klassen te groot, mag er meer ondersteuning zijn bij het maken van huiswerk, bij het plannen, in de taalontwikkeling. Het college is daar niet blind voor. Het maakt geld vrij voor extra handen in de klas, voor extra ondersteuning van twaalf basisscholen met de leerlingen die een extra zetje het hardst nodig hebben. Dat is geweldig, maar op onderwijsgebied zijn we er nog niet.

De Inspectie van het Onderwijs constateert in haar laatste rapport dat er een groeiende tweedeling is tussen kinderen van laagopgeleide ouders en kinderen van hoogopgeleide ouders met gelijke intelligentie en talenten. Dat mogen we natuurlijk niet accepteren. De SP maakt zich hard om alle kinderen de kansen te geven die ze verdienen, ongeacht de opleiding van hun ouders en ongeacht complexe problemen binnen hun gezin. Want ook kinderen van schoonmakers, dienstverleners, bewakers en postbodes, en ook kinderen van uitkeringsgerechtigden en schuldenaren, dromen van een mooie toekomst boordevol mogelijkheden en keuzes.

Ook na de schoolopleiding staat de gemeente klaar, samen met de SP, om jonge mensen vooruit te helpen. Het programma tegen jeugdwerkloosheid heeft, uiteraard geholpen door de economie, een spectaculair effect. Voor het eerst sinds het gemeten wordt, ligt de jeugdwerkloosheid onder het landelijk gemiddelde (een daling van 16 naar 9 procent). Het aantal mensen in de bijstand nam voor het eerst in jaren af. Ter vergelijking: in andere G4-steden, zoals in Rotterdam, waar meer met de stok dan met de wortel wordt gewerkt ten aanzien van bijstandsgerechtigden, bijvoorbeeld door ze te laten werken voor hun uitkering, nam het aantal mensen in de bijstand toe met 2,6%.

Overigens zijn we er nog lang niet, want de verschillen in werkloosheidscijfers tussen jongeren van verschillende etnische achtergrond zijn nog steeds schrikbarend en verdienen veel aandacht van het stadsbestuur. Daarom koppelt het stadsbestuur jonge vluchtelingen zonder startkwalificatie aan jonge vrijwilligers als arbeidsmarktcoach. En Amsterdam neemt samen met vier andere steden (Den Haag, Eindhoven, Leeuwarden, Zaanstad) het voortouw in de City Deal, die erop gericht is om kansen te creëren voor migrantenjongeren. Hiernaast willen wij bepleiten om onze mystery guests ook in te zetten om discriminatie op basis van achternaam in de sollicitatieprocedure tegen te gaan.

Zoals de meesten van jullie weten sta ik voor de klas. Vorige week haalde een 12-jarige jongen met een Afrikaanse achtergrond een 8,5 voor zijn toets spelling. Ik vroeg hem of hij daar blij mee was en hij zei: “Zeker, meester!” Zijn klasgenoot, ook met een Afrikaanse achtergrond, maar dan in een ander land zei toen: “Ja, dat is een hoog cijfer voor een Afrikaan!” Waarop beide jongens samen in lachen uitbarstten. En ik lachte mee, om de onbevangenheid van die jongens met hun slechte grap en het wederzijds respect waarmee ze elkaar behandelen. Maar tegelijkertijd hoopte ik dat ze er over tien jaar nog over kunnen lachen. Omdat ze er dan geen last van gehad hebben dat zij of hun ouders of grootouders uit een Afrikaans land kwamen. Ik vrees ervoor. Vrijheid, tolerantie, zelfs onze eigen Amsterdamse barmhartigheid staan onder grote druk. Polarisatie en radicalisering, zowel religieus als nationalistisch, liggen op de loer. En daar zullen wij allen wat mee moeten. De grote vraag is wat en de SP nodigt alle partijen nadrukkelijk uit om hier samen met ons over van gedachten te wisselen.

We besturen en wonen allen (op de heer Litjens na) in een hyperpopulaire stad. En dat begrijpen we ook allemaal. Het is een bloedmooie stad, met uitstekende voorzieningen op het gebied van cultuur, sport, onderwijs, wetenschap. De stad heeft groen in zich en groen om zich heen. Wij snappen heel goed dat iedereen ter wereld in onze stad zou willen wonen of op z’n minst een keer zou willen bezoeken. Deze coalitie zegt niet voor niets dat Amsterdam van iedereen is en van iedereen blijft. Maar iedereen is dus wel ‘iedereen’ en dat levert een ingewikkelde opgave op voor ons als stadsbestuur. Want we willen die stad laten zien, maar er ook Amsterdammers laten wonen en hun kinderen met en na hen en nieuwe studenten en vluchtelingen en andere mensen die de stad rijker kunnen verrijken. En ook willen we dat iedereen die dat wil er kan blijven, óók als ze een gezin krijgen, óók als ze tijdelijk geen baan hebben en óók als ze onverhoopt in de schulden raken.

Sommige mensen werpen het beeld op dat het stadsbestuur niets doet. Niets doet om de balans te bewaren, niets doet om overlast van massatoerisme in te dammen, niets doet om gewone Amsterdammers een plek in de stad te geven of te laten behouden. Maar laten we de situatie nu eens vergelijken met die van het begin van deze raadsperiode. Toen was er nauwelijks beleid op het gebied van AirBNB, er was geen ‘balans in de stad’, stonden er nog 24.000 woningen op de nominatie om verkocht te worden. Mensen die het toen hadden over de toenemende drukte in de stad werden in de publieke opinie vooral gezien als zeurpieten die maar in een dorp moesten gaan wonen.

Twee jaar later komen veel steden hier naartoe om te horen hoe wij onze afspraken met AirBNB maken. Maken we – oppositie, coalitie en wethouders – keer op keer betere afspraken om illegale verhuur tegen te gaan. In 2015 werd om de dag een illegaal hotel gesloten. Ligt er voor het eerst een plan waarin erkend wordt dat het soms de spuigaten uitloopt met de drukte en overlast in de stad, zeker in het centrum. Wordt de toeristenbelasting binnen de ring verhoogd. Gaan achterstallig onderhoud en onderhoud van de openbare ruimte in de versnelling en wordt de stad beter schoongemaakt. Zijn er 16.000 sociale huurwoningen gered van verkoop of liberalisatie en werd er een heus bouwrecord behaald van dik 8000 woningen die vorig jaar in aanbouw werden genomen. Waarvan meer dan de helft sociaal. Dat kan ook anders: in Rotterdam dat maar een kwart kleiner is dan Amsterdam, werden maar 2200 woningen gebouwd. En zijn er plannen om 20.000 sociale huurwoningen te slopen. 

Ik durf te beweren dat Amsterdam het sociaalste beleid voert van alle vier de grote steden. U zult begrijpen dat dit de SP verheugd stemt. We zijn terecht trots op alle vooruitgang die dit college heeft bereikt en nog steeds aan het boeken is.

Zeg ik daarmee dat we er zijn? Zeker niet. Maar ik noem deze successen wel voor een ieder die zegt dat Amsterdam achteruit gaat. Tegen de stroom van landelijk beleid en de druk op de stad in, roeien we. Want de SP is de laatste om te zeggen dat we er, als we nu achterover leunen en een beetje op de winkel passen, wel gaan komen. Ten eerste, omdat we veel te veel willen veranderen in de stad om op onze lauweren te rusten. En ten tweede, omdat de mensen die stellen dat de stad onder druk staat, volkomen gelijk hebben.

Die mensen vinden de SP pal aan hun zijde, schouder aan schouder. Wij zullen samen met deze mensen blijven strijden tegen minister Stef Bloks nimmer aflatende drang om de sociale huursector te slopen, waar wij in Amsterdam zoveel last van ondervinden, ook al kunnen we gelukkig een beetje tegenremmen. Wij zullen er zijn als deze mensen zich verzetten tegen de verregaande vercommercialisering van de openbare ruimte. Of het nou om brugwachtershuisjes gaat of de nieuwe kiosken of de vele terrassen. Of het verhaal dat we vorige week lazen over de illegale hotels in de Haarlemmerstraat. Of als we ervoor knokken om het Marie Heinekenplein een plein voor de buurt te houden.

Als mensen moeite hebben om toegang te krijgen tot schuldhulp, is de SP erbij. Door het Amsterdamse schuldhulpprogramma, gestart aan het begin van onze collegeperiode, en het inzetten van actieve hulpverlening zoals het project Vroeg EropAf, worden minder schuldenaren uit huis gezet en vinden meer schuldenaren de weg naar een duurzame oplossing voor hun financiële problemen. Staatssecretaris Klijnsma noemt onze schuldenaanpak een voorbeeld voor heel Nederland. Als mensen in armoede zitten, maar niet weten waar ze recht op hebben, is de SP er om ze daarbij te helpen. Als mensen in een huurwoning met verrotte kozijnen en schimmel in de muur wonen, zal de SP actie met ze voeren. Al moeten we het kantoor van de corporatie ervoor bezetten. 

Als kwetsbare, oude of zieke mensen te weinig zorg krijgen, of te weinig hulp hij het huishouden, dan springt de SP op de bres om daar verandering in te brengen, ook al staan we hier voor een enorme opgave dankzij de grote bezuinigingen die de landelijke overheid ons oplegt.

Amsterdam zal  er op korte termijn niet in slagen het kapitalisme af te schaffen. Maar onze strijd tegen de neoliberale excessen gaat door en de strijd voor onze ongedeelde, rechtvaardige en eerlijke stad ook. Dat is waar de SP voor staat en waar de SP voor knokt, in het college, in de raad, in de wijken en op straat. Tot die sociale revolutie er daadwerkelijk komt.

U bent hier