h

Schroef het sociaal minimum op (opinie)

7 april 2017

Schroef het sociaal minimum op (opinie)

Wil de overheid écht iets doen aan de kinderarmoede in Nederland? Dan moeten de bijstand en het minimumloon omhoog, betoogt SP-wethouder Arjan Vliegenthart.

Dit artikel verscheen in het tijdschrijft van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

De Sociaal-Economische Raad concludeerde onlangs dat de bestrijding van kinderarmoede in Nederland nauwelijks effectief is. Voor de Amsterdamse wethouder Arjan Vliegenthart (SP) gaan de maatregelen die de SER zelf voorstelt – en die hij in de hoofdstad allemaal al toepast – niet ver genoeg. Er is maar één oplossing die echt helpt, meent hij.

Meestal kun je het niet zien. Alleen als je heel goed oplet, zie je dat hun jas eigenlijk te dun is voor het winterweer. Valt op dat hun afgetrapte schoenen van merkloos nepleer zijn. Dat ze vaak nee zeggen als je vraagt of ze meegaan naar de speeltuin. Dat ze niets meebrachten voor het paasontbijt op school. Toch zijn ze met veel. In Amsterdam groeit een op de vier kinderen op in armoede.

Structurele aanpak
Op 23 maart presenteerde de Sociaal-Economische Raad het rapport Opgroeien zonder armoede. De SER constateert daarin dat […] kinderen door armoede slechter gaan presteren op school of probleemgedrag vertonen. Aangetoond is dat opgroeien in armoede ook tot negatieve gevolgen op de langere termijn leidt, zoals een verhoogde kans op armoede en sociale uitsluiting als ze volwassen zijn. De SER adviseert dan ook terecht dat er een structurele en systematische aanpak van de oorzaken van armoede moet komen.

Ik ben het daar helemaal mee eens. We mogen niet accepteren dat kinderen achterstanden oplopen omdat ze opgroeien in een gezin met heel weinig geld. Maar echt structurele en systematische oplossingen van armoede vragen om veel verdergaande maatregelen dan de SER uiteindelijk voorstelt.

De SER adviseert gemeenten een armoederegisseur aan te stellen die erop toeziet dat de voorzieningen die gemeenten in het leven roepen om kinderen in armoede te helpen, ook echt bij die kinderen terechtkomen. Ook moet de armoedeval worden beperkt: als ouders gaan werken, komen ze in veel gemeenten niet meer in aanmerking voor die voorzieningen terwijl ze die vaak nog wel heel hard nodig hebben. En de voorzieningen moeten eenvoudiger worden en beter toegankelijk. Zodat iedereen die er recht op heeft ze ook makkelijk kan aanvragen.

Armoederegisseur
In Amsterdam doen we dat allemaal. We hebben een armoederegisseur die onderzoekt hoe we de gezinnen kunnen bereiken die moeilijk bereikbaar zijn. We hebben onze voorzieningen ook beschikbaar gemaakt voor mensen met een inkomen tot 120 procent van het sociaal minimum, zodat je als je gaat werken nog steeds recht hebt op het kindpakket of de stadspas. En we hebben ervoor gezorgd dat je met één formulier alle voorzieningen kunt aanvragen. We zien dan ook dat we veel meer mensen weten te bereiken. Zo’n 25.000 kinderen uit een gezin met een laag inkomen maken bijvoorbeeld gebruik van de scholierenvergoeding en bijna 80 procent van de kinderen heeft een stadspas.

Maar het blijft dweilen. En het is dweilen met de kraan open. Want uiteindelijk komen gezinnen met kinderen met een inkomen op het sociaal minimum elke maand tekort. Dat betekent  dat deze vaders en moeders structureel te weinig geld hebben om hun kinderen een eerlijke kans te geven. Volgens het Nibud is dat tekort zo’n 217 euro. En wij wethouders proberen dat tekort dicht te lopen met allerhande financiële en materiële ondersteuning.  Een vorm van inkomenspolitiek die niet zo mag heten.

Er is uiteindelijk maar één structurele en systematische oplossing die echt helpt en dat is dat we het sociaal minimum opschroeven. Schroef de bijstand voor mensen met kinderen op. Neem in de slipstream daarvan het minimumloon mee omhoog  zodat een baan weer een ticket uit de armoede wordt. Dan pas pak je de armoede aan. Tot die tijd doe je aan symptoombestrijding.

Arjan Vliegenthart, SP-wethouder in Amsterdam

U bent hier