h

Een eerbetoon aan de voedselhulp

11 oktober 2021

Een eerbetoon aan de voedselhulp

Foto: SP

Amsterdam is hard geraakt door de coronacrisis. Het aantal Amsterdammers dat is aangewezen op de Voedselbank steeg met 50 procent in het coronajaar 2020. Daarover maakte fotograaf Wiebe Kiestra op verzoek van de SP Amsterdam een fotoserie. Daarvoor ging hij langs bij verschillende voedselhulplocaties. De expositie van de fotoserie is tot 16 oktober te bekijken in Buurthuis Archipel, Makassarplein 1 in Amsterdam-Oost. De onderstaande tekst sprak raadslid David Schreuders uit bij de lancering van de expositie.

"Laat ik nog maar eens onderstrepen waar we het vandaag nou over hebben. Nederland is één van de rijkste landen in de hele wereld. En sommige mensen hier zijn zó arm, dat ze niet genoeg te eten hebben. Dat is onrechtvaardig, en onnodig. En dat kan ik niet vaak genoeg herhalen. Het afgelopen jaar nam het aantal mensen dat noodgedwongen gebruik moet maken van Voedselbanken of andere voedselhulp in de stad toe met zo’n 50%. En als ik de initiatieven hoor, wordt de rij nog altijd niet korter. Ons streven moet zijn dat er in ons land en in onze stad niemand meer honger mag lijden. Dit probleem mag niet onzichtbaar zijn. Als SP hebben wij daarom ons best gedaan om de armoede in de stad een gezicht te geven met deze expositie. Als hele fractie zijn we op verschillende plekken in de stad geweest om te kijken, te luisteren, mee te helpen, en het verhaal van de voedseldistributie naar de gemeenteraad te brengen. Een vrijwilliger in Ganzenhoef, Zuidoost, vertelde ons dat de rijen tot om de hoek van de volgende flat staan. In Floradorp in Noord hebben we vele gezinnen gezien die zonder hulp niet voldoende te eten hebben voor hun kinderen. Bij ons eigen uitgiftepunt in de Jordaan is het iedere week weer dringen. En ook hier in Archipel hebben we honderden gezinnen met honger zien langskomen. Zelf was ik zo onhandig om een gezin dat in de rij stond wc-papier te geven toen ze daar om vroegen. Vervolgens wilde iedereen in de rij wc-papier en was er niet genoeg voor iedereen. In ons land is wc-papier voor sommige mensen een luxeproduct.

We hebben die verhalen keer op keer naar het stadhuis gebracht, en de problemen die leven bij de voedseldistributiepunten én bij de mensen die er gebruik van moeten maken hebben we naar voren gebracht. Deze foto-expositie die we vandaag lanceren, is er om de vele vrijwilligers die dit ontzettend belangrijke werk doen te eren, en de mensen die noodgedwongen gebruik moeten maken van voedselhulp op een waardige manier in beeld te brengen. En we hebben ons hard ingezet voor extra geld, en tot twee keer toe heeft de gemeente dat gegeven. Want wie je tegenkomt in de rij voor voedselhulp, dat kan zomaar ook één van ons zijn. Veel mensen zitten daar maar één keer tegenslag, een scheiding of een geweigerde contractverlenging vandaan. Flexwerkers, ZZP’ers, mensen uit allerlei sectoren die vóór de crisis nét rond konden komen, werden als eerste de laan uit gestuurd. En zij kwamen niet in aanmerking voor hulp van de reguliere Voedselbank, die overigens ook met tekorten kampt. Zo kwamen zij terecht bij vrijwilligers als Shazia die fantastisch werk doen. Dit is een probleem dat ons allemaal aangaat en het zegt iets over onze mate van beschaving als samenleving. 

De verhalen van Amsterdammers die met pijn en moeite rond kunnen komen en alleen met voedselhulp een warme maaltijd op tafel kunnen krijgen, laten de fundamentele fouten in ons stelsel van sociale zekerheid zien. Zo lang de VVD en Rutte aan de macht blijven, heb ik er weinig vertrouwen in dat dat zal veranderen. Sterker nog; het uiteindelijke doel van de VVD is om dat sociale vangnet dat er nog is, steeds meer uit te kleden. Geld uitgeven aan armoedebestrijding is te duur. Maar weet u wat pas echt duur is? Armoede zelf, en alle desastreuze gevolgen voor individuen, hun gezinnen en de samenleving als geheel. 

Maar armoede in een rijk land als Nederland is niet alleen moreel totaal verwerpelijk. Laatst was er in het nieuws dat er jaarlijks twee miljard kilo aan voedsel wordt verspild in Nederland. Dat staat gelijk aan een file vrachtwagens met voedsel van Utrecht tot aan Barcelona. Omdat het te duur is om één rotte druif uit het bakje te halen, wordt te vaak de hele bak maar weggegooid. Als je dan aan de ene kant ziet dat veel Amsterdammers moeite hebben om rond te komen en boodschappen te doen en aan de andere kant ziet dat we tegelijkertijd zoveel voedsel weggooien, dan kun je maar één conclusie trekken: dit economische systeem is echt failliet en het moet echt anders.

Zolang politiek Den Haag de gaten laat vallen, vinden wij als SP dat de gemeente Amsterdam in de bres moet springen. Niemand in onze stad mag honger hebben. Dat streven heeft ook onze wethouder Marjolein Moorman uitgesproken, en daar ben ik blij mee. Wat mij betreft betekent dat dat de vrijwilligers bij de voedselinitiatieven onze steun krijgen én de financiële middelen om hun onmisbare werk voort te zetten.

Maar in de gemeenteraad hoor ik toch vaak dat dat toch wel heel lastig is, om die steun te blijven bieden. Twee weken terug vertelde de wethouder me dat ik me moet realiseren dat ik wel een hele stevige rol van de overheid vraag. Dat doe ik inderdaad, en dat lijkt me niets meer dan logisch als het alternatief is dat mensen niet te eten hebben. Als het aan ons ligt, gaat de gemeente denken in mogelijkheden in plaats van beperkingen en bezwaren.

Daarbij laat ik me graag inspireren door de prachtige geschiedenis die onze stad Amsterdam heeft als het gaat om Voedselhulp. Die verantwoordelijkheid nam de stad ook vorige eeuw al zeer serieus. In 1917 stuurde het gemeentebestuur 5082 brieven en telegrammen naar Den Haag met een kritische toon: hoge voedselprijzen, te weinig aardappelen en vertraagde leveringen. Amsterdam drong stelselmatig aan op meer overheidsingrijpen en steun aan het armere deel van de bevolking.

Maar daar bleef het niet bij. Toenmalig wethouder Floor Wibaut, we kennen hem allemaal als de grote volkshuisvester, was ook een groot voorvechter van het principe dat niemand honger mag lijden. Tijdens de Eerste Wereldoorlog richtte hij centrale keukens op waar arme Amsterdammers voor twaalf cent een maaltijd konden krijgen. Ook zorgde hij ervoor dat kinderen op school een maaltijd kregen en dat arbeiders ’s winters gratis kolen kregen om warm te blijven. En hij nam het daarbij niet zo nauw met de regeltjes.

De tijden zijn natuurlijk veranderd. Maar als gemeente mogen we onze geuzennaam als Republiek Amsterdam wat mij betreft wel meer eer aandoen en waar nodig buiten de lijntjes kleuren, juist om er voor te zorgen dat niemand binnen onze gemeentegrenzen honger hoeft te lijden. 

Wij zullen ons daar voor inzetten en werken verder aan onze plannen daarvoor."

Reactie toevoegen

(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.
(If you're a human, don't change the following field)
Your first name.

Plain text

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.

U bent hier