Amsterdam

Aan het onder de grond brengen van autoverkeer en treinen bij de Zuidas kleven nog veel risico's. Zo is het nog niet duidelijk of er een hoofdverantwoordelijke is en wie dat dan moet zijn. Ook de luchtkwaliteit bij de tunneluitgangen en de berging van hemelwater vragen om een oplossing. SP-gemeenteraadslid Remine Alberts: "Er is eindelijk een knoop doorgehakt, dat is goed, maar deze onzekerheden maken dat we niet onmiddellijk staan te juichen."

Na vele jaren van steggelen zijn het Rijk, de Provincie en de gemeente Amsterdam er uit. De ringweg A10 wordt verbreed en gaat onder de grond, het station Zuid wordt een nieuw openbaar vervoersknooppunt voor trein, metro, tram en streekvervoer. Het spoor zal voorlopig nog niet ondergronds gaan. Het eerste slachtoffer van deze overeenkomst is de metrolijn naar Amstelveen: de Noord-Zuidlijn zal niet verder rijden dan station Zuid. Wel is het mogelijk om meer woningen te bouwen.

Bij de presentatie van de plannen werd duidelijk dat er voor dit ene project meerdere verantwoordelijke instanties zullen zijn. Het Rijk betaalt het spoor en de weg, de provincie betaalt het busstation en de gemeente Amsterdam het openbaar vervoerknooppunt en de omgevingsverbetering. Het risico dat de ene instantie moet wachten op de andere is groot zolang er geen centrale verantwoordelijkheid wordt afgesproken. Alberts: "Wie zal straks opdraaien voor eventuele vertragingen? Ik zie het Zwartepieten al aankomen."

De milieuaspecten van het project zijn nog onvoldoende ingevuld. Wanneer de wegen verbreed worden, zal dat voor meer autoverkeer zorgen. Meer auto's betekent meer uitstoot van schadelijke stoffen, die verdwijnen niet, die komen op enig moment toch ook die tunnel weer uit. Uitstoot van schadelijke stoffen heeft effect op de mogelijkheid om woningen te kunnen bouwen. Ook de afvoer van hemelwater is een zorgenkindje: in het hele plan moet nog worden gekeken waar het water kan worden opgevangen. Voor Buitenveldert, wat direct aan de Zuidas grenst, kan dit betekenen dat er parken aan die waterbergingsopdracht worden opgeofferd.